Waarom je marketing pas groeit als je durft te schrappen

Groeien betekent niet altijd méér doen, maar vooral: minder troep overhouden. Door kanalen, doelgroepen en boodschappen te snoeien, ontstaat er ruimte voor focus, ritme en merkherkenning. Zolang je alles probeert vast te houden, blijft je marketing zwaar, diffuus en vermoeiend – voor jou, je team én je doelgroep.

Dit is een blog over durven kiezen. Over dingen killen. Over accepteren dat niet elk kanaal, niet elke doelgroep en niet elke boodschap het podium verdient. #mindset #new-marketing

Je zit niet vol kansen, je zit vol ruis

Veel marketingplannen lezen als een boodschappenlijst:

• LinkedIn, Instagram, TikTok, nieuwsbrief, events, podcasts, whitepapers…
• mkb, corporate, non-profit, onderwijs, starters, scale-ups…
• campagne A, campagne B, employer branding, product pushes, thought leadership…

Alles “is belangrijk”. Alles “heeft potentie”. Alleen: niemand kan je nog in één zin vertellen waar je merk nou écht voor staat, of voor wie het bedoeld is.

Dat is geen luxeprobleem. Dat is de reden waarom je marketing niet blijft hangen.

Te veel kanalen, te weinig richting

Het internet beloont focus, geen versnippering. Toch zie ik dagelijks merken die:

• op vijf kanalen half aanwezig zijn,
• voor zes verschillende doelgroepen communiceren,
• per kwartaal van boodschap wisselen.

En dan komt de frustratie:

• “Niemand reageert op onze content.”
• “Onze merkboodschap is nog niet helemaal scherp.”
• “We zijn druk, maar het voelt niet alsof we opschalen.”

Dat is niet omdat je marketingteam lui of onkundig is. Het is omdat je probeert een merk te bouwen zonder duidelijke begrenzing.

Schrappen als strategie, niet als bezuiniging

Schrappen voelt snel als verlies: “We laten kansen liggen.” In werkelijkheid is het precies andersom. Door te schrappen, bescherm je je merk.

Schrappen is geen bezuiniging, maar een strategische keuze:

• Je haalt alles weg wat niet bijdraagt aan je kern.
• Je kiest één hoofdrol voor je merk, niet vijf bijrollen.
• Je geeft je team ruimte om ergens echt goed in te worden.

De vraag is dus niet: “Wat kunnen we nog meer doen?” De vraag is: “Wat durven we vanaf vandaag níet meer te doen?”

Waar je als eerste in moet snijden

Als je voelt dat je marketing uitdijt, kun je beginnen op vier plekken.

• 1. Kanalen – Kies je hoofdpodium. Waar leeft jouw doelgroep écht? Snoei de rest terug naar aanwezigheid op laag pitje of zet het tijdelijk stil.
• 2. Doelgroepen – Stop met “iedereen die…”. Durf een primaire doelgroep te kiezen waar je alles voor optimaliseert.
• 3. Boodschappen – Kill de vage containertermen. Eén kernverhaal, een paar ondersteunende thema’s. De rest gaat in de prullenbak.
• 4. Formats – Hou op met elke maand iets nieuws verzinnen. Kies een paar vaste formats die je doorontwikkelt.

Het doel is niet om zo klein mogelijk te worden, maar om zo gericht mogelijk te worden.

Mindset: FOMO versus volwassen marketing

Eerlijk: veel marketingkeuzes zijn gedreven door FOMO.

• “Onze concurrent zit ook op dat kanaal.”
• “We moeten ook iets met AI.”
• “We kunnen deze doelgroep toch niet zomaar laten liggen?”

Volwassen marketing denkt anders:

• “Waar kunnen we écht verschil maken?”
• “Welke doelgroep gaat ons merk dragen?”
• “Welke boodschap willen we dat mensen over drie jaar nog weten?”

Dat voelt in het begin bijna onnatuurlijk. Maar elke keer dat je “nee” zegt tegen ruis, zeg je “ja” tegen merkbouw.

Wat er gebeurt als je durft te snoeien

Merken die rigoureus snijden, merken vrijwel altijd dezelfde effecten:

• Meer herkenning – mensen kunnen je merk eindelijk in één zin uitleggen.
• Meer ritme – je bouwt vaste terugkerende formats en een voorspelbare cadans.
• Betere metingen – minder noise, dus duidelijker wat werkt en wat niet.
• Minder drukte – het team werkt minder op adrenaline en meer op structuur.

En het mooie is: AI en automatisering worden dan óók sterker. Want je laat die technologie niet los op een brei aan ideeën, maar op een scherp gekozen lijn.

Durven schrappen is een keuze voor groei

Zolang je alles wilt doen, groeit er niets echt door. Pas als je gaat snoeien, krijgt je merk lucht.

Dus stel jezelf – en je team – een paar eerlijke vragen:

• Welke kanalen zouden we vandaag durven uitzetten als we eerlijk zijn?
• Welke doelgroep krijgt in de praktijk tóch nooit echt prioriteit?
• Welke boodschap hoort misschien bij ons verleden, maar niet meer bij waar we naartoe willen?

Daar, in dat ongemak, begint volwassen marketing. Marketing die niet geobsedeerd is met méér, maar met beter. En precies dát is waar je merk écht van gaat groeien.